Hebben wij weer. Een gehandicapte kat

‘Geen huisdieren, dat moest er nog bij komen’, staat al sinds jaar en dag in mijn bio’s op social media. Ik heb een druk gezin met drie kinderen, waarvan de oudste zwaar gehandicapt, en ben fulltime aan het werk. Een hond, kat of zelfs cavia zou de bom zijn die ons kaartenhuis definitief omver zou blazen. En toen werd de jongste tien.

‘Wanneer mag ik een kat?’ vraagt ze al sinds ze kan praten. ‘Als je tien bent!’ was mijn schuif-het-op-de-lange-baan antwoord. Dus nu moesten we er aan geloven. Ties, spastisch, rolstoelgebonden en qua zorg bewerkelijker dan een roedel zwerfhonden bij elkaar, ging zijn laatste schooljaar in. De andere twee konden al goed voor zichzelf zorgen. En beloofd is beloofd.

Dus kwamen er twee kittens met kraaloogjes in ons leven: Lucky en Happy. Vanaf dag één was ik om. Wat een liefde! Wat een poep! En haren! En gedoe met vlooienspul, ontwormingspilletjes en de deur dichthouden omdat ze nog niet naar buiten mochten. Maar vooral: wat een liefde! En wat een lol hadden we om hun lievelingsplek: de lege rolstoel van Ties. ‘Hebben wij weer. Een gehandicapte kat,’ grapte ik bij een foto van Lucky in z’n mand op wielen.

Een jaar later is die liefde er nog steeds. Juist tijdens de zware coronamaanden, zorgden de katjes voor gezelligheid en vertier. En juist in die periode, waarin het leven wat somberder en angstaanjagend aanvoelde, kwam Lucky op een avond bloedend thuis. Er volgde de nacht-spoeddienst. Een spoeddoperatie. Verdriet omdat hij het niet zou halen. Vreugde omdat hij het toch redde. En wekenlang een revaliderende kat met een half-afgestorven bloederige staart die we moesten wassen met Biotex, en insmeren met een smerig goedje.

Ondertussen ging het gewone leven door. Thuiswerken. Zorgen om de toekomst van Ties. Geregel, gebel. Nul op request, of uitstel vanwege corona. Geen hulp, geen logeerweekenden, geen zaterdagopvang. Op en neer naar mijn bejaarde ouders. Ik moest mezelf met terugwerkende kracht gelijk geven: een noodlijdend huisdier kon er eigenlijk niet bij. Maar ja, die lí­efde.

Inmiddels is het leven alweer wat lichter. Ties mag langer op school blijven, zodat we meer tijd hebben om zijn toekomst in te richten. Lucky heeft het gered, maar zijn staart uiteindelijk niet. We hebben nu officieel een gehandicapte kat. Ik loop naar de rolstoel waar hij gelukkig weer in kan klimmen. Hij knikt me toe dat alles goedkomt, wat er ook bijkomt.


Een inkijkje in het leven met een zorgintensief kind. Verhalen over wat niemand weet… Gebundeld in een prachtig boek. Bestel hem snel.